VEXcode 123 heeft puzzelstukvormige blokken die boven of onder elkaar aansluiten en worden gebruikt om te coderen. Een reeks verbonden blokken wordt een stapel genoemd. Er zijn vijf verschillende vormen van blokken en elke vorm vertelt je over zijn rol in het project.
Blokvorm | Beschrijving | Blokvoorbeelden | |
---|---|---|---|
Hoedenblokken | Begin met een stapel blokken en deze zijn zo gevormd dat ze er blokken onder kunnen bevestigen. | ||
Stapel blokken | Voer de belangrijkste opdrachten uit. Ze zijn zo gevormd dat ze boven of onder andere stapelblokken kunnen worden bevestigd. | ||
Booleaanse blokken | Retourneert een voorwaarde als waar of onwaar en past in blokken met zeshoekige (zeszijdige) invoer voor andere blokken. | ||
Verslaggever blokkeert | Rapporteer waarden in de vorm van cijfers en pas ze in blokken met ovale invoer voor andere blokken. | ||
C-blokken | Loop de blokken erin of controleer of een voorwaarde waar of onwaar is. Ze zijn zo gevormd dat ze stapelblokken erboven, onder of in kunnen bevestigen. |